Inloggen
Inloggen op Cultuurlokaal.nl



Stuur berichten voor de agenda naar de redactie.

Boeren, burgers en buitenlui’

publicatiedatum: ma 7 augustus 2017

Dat is het thema voor Open Monumentendag 2017 ( 9 & 10 september landelijk, Woerden alleen zaterdag). De eeuwenoude uitroep is al een paar keer van betekenis veranderd. Ooit was ‘Boeren, burgers en buitenlui!’ de roep waarmee een stads- of dorpsomroeper op het marktplein de aandacht trok voor een officiële mededeling of reclameboodschap.

 

 Hij vatte hiermee zijn doelgroepen samen: burgers waren de inwoners van de stad, boeren woonden buiten de stad maar waren er nauw mee verbonden, en buitenlui waren alle vreemdelingen die zich om welke reden ook in de stad bevonden. ‘Boeren, burgers en buitenlui!’ betekende dus: ‘Iedereen luisteren!’
De drie begrippen hadden destijds een formele betekenis. 

 

Veel steden kenden bijvoorbeeld gedetailleerde regels om te beschrijven wat rondreizende ‘buitenluiden’ wel en niet mochten doen. Deze stedelijke voorschriften verdwenen in de 19de eeuw, toen wetten en regels niet langer op lokaal niveau werden opgesteld, maar landelijk. Het historische onderscheid tussen boeren, burgers en buitenlui verloor daarmee zijn scherpe juridische omlijning. Het trio ‘boeren, burgers en buitenlui’ kreeg vervolgens in de volksmond een nieuwe populariteit. Het werd vaak gebruikt
om een jolige of oubollige sfeer op te roepen, in de ambiance van kermis, circus, volksvermaak, goedgelovigheid, wonderdokters  en bijgeloof. Soms had het drietal een meer neutrale lading,  en dan betekende het nog steeds ‘iedereen tezamen’, ‘al het volk’ of ‘niemand uitgezonderd’, net als voorheen op het marktplein.
In de 20ste eeuw kregen de drie B’s een nieuwe lading die paste bij ingrijpende maatschappelijke veranderingen. De Nederlandse landbouw onderging een radicale schaalvergroting, waardoor er veel minder menskracht nodig was dan voorheen. De totale bevolking groeide sterk en werd steeds stedelijker. De welvaart en de mobiliteit namen toe, zodat steeds meer stedelingen ‘buiten’ konden wonen en recreëren. Dat stelde nieuwe eisen aan het platteland:  naast modern productielandschap moest het ook een aantrekkelijk woon- en speellandschap worden. Voor het eenvoudige patroon van stad en ommeland is een ‘smeltkroes’ in de plaats gekomen,  zo werd al vijftig jaar geleden opgemerkt. Soms worden de woorden boeren, burgers en buitenlui gebruikt om deze nieuwe werkelijkheid te beschrijven, maar het lukt niet om ze scherp af te bakenen. Dat bevestigt het beeld van de smeltkroes: boeren, burgers en buitenlui kun je theoretisch misschien nog onderscheiden, maar in werkelijkheid vloeien zij - en dus wij - in elkaar over.